Het huwelijk tussen man en vrouw zoals God het bedoeld heeft
In het eerste Bijbelboek Beresjiet (Genesis), het begin van de schepping, laat God helder en duidelijk zien hoe Hij de schepping bedoeld heeft. Eerst schept hij de mens naar Zijn evenbeeld. De drie eenheid van de Vader de Zoon en de Heilige Geest zien we terug in de geest, de ziel en het lichaam van de mens. Ook maakt God de mens zowel mannelijk als vrouwelijk zodat er in de zichtbare wereld verschil is, maar geestelijk gezien is de taak dat ze beide één van lichaam worden. Hoewel dit in de onzichtbare geestelijke wereld gebeurd, geeft God de mens al direct de zegen en de opdracht voor het leven hier op aarde. God legt uit dat de aarde met alles wat ademt en leeft, onder het gezag van de mens mag komen. En even later wordt de mens in de natuurlijke en zichtbare wereld geschapen uit het klei van de aarde. De man krijgt als eerst zijn vorm en God blaast voor het eerst de levensadem in. Een tijdje daarna maakt God ook de vrouw uit de rib van de man en brengt ze samen. Vol vreugde roept de eerste mens; ''Eindelijk een gelijk aan mij, mijn eigen gebeente, mijn eigen vlees.'' En zo zien we dat hoewel de man als eerst wordt geschapen, er een bepaalde gelijkheid is aan man en vrouw. Samen gemaakt uit klei, samen geroepen om te heersen over de aarde. Het is echter essentieel voor de goddelijke orde om te beseffen dat de man als eerst geschapen is en daardoor de roeping om het hoofd van het gezin te zijn. Niet om mee te pronken maar dat legt een zeker verantwoordelijkheid voor de man om te voorzien in datgeen wat het gezin nodig heeft.